10 tips om beter te luisteren en praten met je kind

Bij kinderen is het soms lastig als ze je wat proberen te vertellen, vooral als ze dit niet in taal uitdrukken. Je merkt het wel aan hun gedrag: boos, bang of verdrietig. Of juist dwars, onhandelbaar, mopperend…

In de hectiek van alle dag is het soms lastig om echt even tijd te hebben en te nemen. Tussen het gevlieg van school, zwemles naar speelafspraken en daarnaast je werk, huishouden, sociale verplichtingen valt het soms niet mee om even een rustig moment te vinden.

Als ouder voel jij je dan misschien machteloos en gefrustreerd. Misschien zelfs wel schuldig en reageer je daardoor weer boos op je kind. Herkenbaar?

Hieronder volgen 10 tips waardoor je beter kunt luisteren naar en praten met je kinderen:

1. Zoek een plekje en tijdstip waarop je rustig kunt praten en niet gestoord wordt door de tv, broertjes of zusjes.

2. Vraag nooit waarom, een kind weet niet waarom hij of zij iets doet. Waarom heb jij die vaas omgegooid? Een kind weet niet waarom. Vraag: “ Wat gebeurde er?” en een kind kan je vertellen wat er gebeurde. Stel vragen die beginnen met: Hoe, wat, waar, wanneer, wie, welke.

3. Eis niet van je kind dat het je aankijkt tijdens het gesprek. Het betekent niet dat een kind niet luistert als het je niet aankijkt, voor een kind is het juist fijn om zich niet te hoeven focussen en zijn eigen gedachten te ordenen.

4. Geef het kind ruimte om te bewegen tijdens het gesprek. Uit verschillende onderzoeken blijkt dat kinderen beter leren als ze luisteren en bewegen tegelijk. Het stil blijven zitten is ontstaan in de jaren 60 toen iedereen voor de radio zat te luisteren. Tangles zijn hier ook fijn om te gebruiken, kinderen hebben iets om me te friemelen in hun handen waardoor ze als het ware stoom af kunnen blazen en zich beter kunnen uiten.

5. Erken wat je kind zegt, voor hem is het de waarheid. Zeg niet het valt wel mee of zo erg is het niet. Voor het kind is het zijn waarheid. Erken dat altijd: Wat naar dat jij je zo voelt.

6. Weet je een antwoord op een vraag niet zeg dat tegen je kind. Kinderen verwachten echt niet dat we alles weten. Het is prima als je iets niet weet. Is het een informatieve vraag dan kun je het misschien samen opzoeken op internet of in de bibliotheek. Is het een levensvraag over bijvoorbeeld het overlijden van iemand of vragen van jonge kinderen waar baby’s eigenlijk vandaag komen. Dan kun je ook je kind een vraag terug stellen: Wat denk jezelf? Vaak hebben ze daar best wel goeie ideeën over.

7. In geval van ruzie vertel dat het bij het leven hoort en dat het goed maken er ook bij hoort. Hierdoor leer je kinderen dat ruzie maken ook bij het leven hoort en laat je zien hoe je ruzies weer oplost. Probeer als ouder niet weer over de oorzaak van de ruzie te beginnen, je kind kan dan weer boos en verdrietig worden en begint de ruzie weer overnieuw. Vertel dat mensen soms meningsverschillen hebben, het is ook maar saai als we het allemaal met elkaar eens zijn.

8. Als je afspraken maakt met je kind hou je daar aan. Een betrouwbare ouder is ontzettend belangrijk voor kinderen. Het geeft ze een gevoel van houvast en voorspelbaarheid maar vooral een gevoel van veiligheid.

9. Aan het einde van het gesprek bedank je het kind dat je een fijn gesprek hebt gehad. En dat het jou in vertrouwen heeft genomen. Vertel je kind wat dat met je doet als ouder, hoe fijn je dat vindt.

10. De laatste tip is voor jou als ouder. Luister naar jezelf, neem tijd voor jezelf, zorg goed voor jezelf anders heb je geen tijd en ruimte voor je kind.

Heb je een vraag of heb je hulp nodig bij leerproblemen? Neem gerust even contact met mij op.